Hoe bespreek ik laaggeletterdheid? Heb je het vermoeden dat een van je werknemers moeite heeft met taal en/of rekenen? Ga daarover in gesprek. Zo kom je erachter of er sprake is van laaggeletterdheid en zorg je ervoor dat je werknemer niet langer met dit ‘geheim’ hoeft rond te lopen. Bovendien kun je hem of haar op weg helpen naar de juiste hulp of training. Vind je het lastig om over dit onderwerp te beginnen? Met deze 7 tips lukt het vast. 1. Reageer op signalen Zie je dat je werknemer worstelt met een taal-, reken- of computertaak? Stel een vraag om het gesprek te starten. Bijvoorbeeld: “Vind je het ook zo lastig om dat formulier in te vullen?” Of: “Moet jij ook zo wennen aan die nieuwe app?” En laat altijd weten dat je werknemer niet de enige is. 2. Open zelf het gesprek Gooi tijdens afspraak of een kop koffie met je werknemer zelf eens een balletje op. “Gebruik jij je DigiD wel eens?”, “Bekijk jij je salarisstrook wel eens online?” of “Doe jij je bankzaken digitaal?”, zijn bijvoorbeeld goede gespreksopeners. 3. Val niet met de deur in huis Zorg dat je je verdiept hebt in het onderwerp en neem de tijd. Val niet met de deur in huis. “Ben jij soms laaggeletterd?” is niet de manier. 4. Wat zeg je wel? Vertel wat je is opgevallen. Dat je werknemer het werkrooster niet invult, bijvoorbeeld. Houd het luchtig en laat weten dat hij of zij niet de enige is die hier moeite mee heeft. Dat mensen ook op latere leeftijd nog kunnen leren. En dat er (vaak gratis) trainingen zijn, speciaal voor volwassenen, in kleine groepen of één-op-één. 5. Vraag hoe je kunt helpen Vraag wat je werknemer zou willen leren. Waar loopt hij of zij tegenaan? Hoe kun je hem of haar helpen om zelfstandiger te zijn en beter mee te kunnen doen op het werk en daarbuiten? 6. Verwijs door Verwijs je werknemer naar passende hulp of trainingen. Bekijk hier de mogelijkheden. 7. Wees geduldig Verwacht niet dat iemand direct openstaat voor hulp. Geef het gesprek meerdere kansen.